De Kilimanjaro in Tanzania is met 5.895 meter de hoogste berg in Afrika. Toch is dit een berg waar je geen speciale kennis voor nodig hebt. Een flinke portie doorzettingsvermogen, een gemiddelde conditie, wat geluk en een dikke portemonnee is alles wat je nodig hebt om de top te bereiken. Wil jij de Kilimanjaro beklimmen? Dit zijn onze tips.
De routes van Kilimanjaro
De Kilimanjaro beklimmen kan via verschillende routes. Een aantal van deze routes worden eigenlijk alleen gebruikt voor grote groepen en georganiseerde expedities. Wil je tijdens je vakantie in Tanzania de Kilimanjaro beklimmen, dan kan je kiezen tussen deze routes:
- Marangu route;
- Machame-route.
Ze staan ook bekend als de Coca Cola-Route en de Whisky Route.
Marangu route
Het voordeel van de Marangu route is dat dit de enige route is met hutjes onderweg. Je hoeft hier dus niet te kamperen. Je hebt minder personeel nodig en de route is een dag korter en mede daardoor goedkoper.
Machame route
De Machame route is een dag langer, hier kampeer je wel en de route is de eerste dagen zwaarder. Het percentage van klimmers dat de top haalt van de Machame route is wel hoger omdat je op deze route beter acclimatiseert.
Wij kozen zelf voor het gemak van de Marangu route. Dit omdat we van eerdere reizen hadden geleerd dat we niet snel last krijgen van hoogteziekte. Bovendien scheelde het toch weer een paar honderd dollar die we liever gebruikten om te gaan duiken op het eiland Zanzibar.
Hoe zit een beklimming eruit?
Het beklimmen van de Kilimanjaro is zeker geen makkie. Wij hebben verschillende vulkanen beklimmen in Azië (zoals Batur) en Midden-Amerika (Acatenango ♥), maar de Kilimanjaro is wel andere koek. Wij nemen je graag van dag tot dag mee in de beklimming.
Dag 1 – Naar de Mandara Hut
Dag 1 van de beklimming maak je kennis met je gidsen en de porters. Het is namelijk verplicht een gids mee te nemen bij het beklimmen van de Kilimanjaro. De porters dragen de spullen die nodig zijn voor je reis. Vaak lopen ze ’s ochtends weg en zie je ze pas bij de lunch weer.
De eerste dag naar de Mandara Hut, op 2.700 meter, is eigenlijk een vrij relaxte wandeldag. Er lopen hier zelfs schoolkinderen en toeristen die gewoon een dagje een klein stukje van de Kilimanjaro oplopen.
We lopen vooral tussen de bomen en zien dieren zoals apen. Na een paar uur zijn we al bij de eerste overnachtingsplek. We zijn blij met de simpele a-frame huisjes waar we in slapen. Er is plek voor 4 personen in zo’n hutje en verder is er een grote eetruimte voor gezamenlijk gebruik en sanitaire voorzieningen met stromend water.
TIP ♥ – bereid je goed voor op deze klim. Het is behoorlijk pittig!
Het begin
Dag 2 – Naar de Horombo Hut
Op dag twee beginnen we met een uitgebreid ontbijt en iedereen die de Kilimanjaro wil beklimmen moet goed eten. Deze dag klim je ruim 1.000 meter en we zien de natuur om ons heen veranderen.
Waar we eerst nog door de bossen liepen komen we nu op een kalere hoogvlakte met veel gras en cactussen. In plaats van apen zien we veel vogels.
De temperatuur gaat ook duidelijk omlaag en in de middag komen we terecht in de mist. Bijna uit het niets duiken de Horombo hutten (3.720 meter) op. Dit is een groot kamp aangezien je hier op de terug weg ook weer slaapt.
Succes rate 50%
Het is leuk om de terugkomers uit te horen. Hoewel de meeste te moe zijn om veel te zeggen. Uiteraard is er ook een groep die het niet heeft gehaald. Op de Marangu route is de succes rate ongeveer 50%. Wij hebben daarom bewust gekozen voor een extra acclimatisatie dag.
TIP ♥ – als je last krijgt van de hoogte dan zit er helaas niks anders op dan af te dalen. Je wilt niet een van die handjevol mensen zijn die elk jaar sterft op de Kilimanjaro.
De mist begon aardig op te komen
Dag 3 – Rustdag
Dag 3 bestaat dus uit een wandeling in de omgeving. Kletsen met de gidsen en kaarten met de andere reizigers die ook de beklimming doen. Op deze manier ontstaat er een echt groepsgevoel.
Vanaf nu lopen we ook niet meer met ons tweetjes en de gids, maar samen met andere toeristen.
Dag 4 – Naar de Kibo Hut
Dag 4 is een stuk pittiger dan de andere dagen. Het pad is ruig met veel keien. Er staat een nare wind en we lopen het grootste deel van de dag in een koude mist. Ondertussen klimmen we ook nog 1.000 meter.
Eenmaal aangekomen bij Kibo Hut (4.700 meter) is er weinig comfort. Hier geen hutjes, maar enorme slaapzalen waar de wind doorheen waait en geen stromend water.
Als je last krijgt van de hoogte dan is het vaak hier. Diarree, overgeven en hoofdpijn. Eigenlijk iedereen heeft wel iets van deze drie. Je hoopt dat het snel over gaat maar we zien nu al diverse mensen waarvan het direct duidelijk is dat het hier voorbij is.
Iedereen duikt zijn bed om zoveel mogelijk uit te rusten. Om 17:00 uur worden we gewekt voor het avondeten. Daarna snel nog een paar uur proberen te slapen want om 23:30 uur worden we weer wakker gemaakt voor het laatste deel.
Dag 5 – Naar de top!
De Kilimanjaro beklimmen doe je natuurlijk om bij de top te komen. En dag 5 is die dag! Nou ja dag… je vertrekt echt om middernacht en klimt ook midden in de nacht. We lopen over een berg grind en die is nog wat steviger als het vriest.
Twee stappen vooruit, een achteruit. Met niks meer dan een lampje op je hoofd. Dit is echt een hel. De hoogte maakt elke stap zwaar. Vooral omdat je weet dat je dit nog uren moet doen.
Sommige mensen trainen voor het beklimmen van de Kilimanjaro. Ik niet. Sterker nog, ik sportte op dat moment niet eens. Voor mij gaat het om mentale kracht. Je denkproces uitzetten en maar gewoon een voet voor de ander plaatsen. Hoe rot het ook gaat.
Gilman’s point
Als het grind eindelijk voorbij is ben je er nog niet. Dan moet je nog klimmen tussen en over rotsblokken die groter zijn dan jezelf.
Ik ben zelden in mijn leven zo blij geweest om bij Gilman’s Point, de rand van de krater, aan te komen. Als je zover bent, weet je dat je de top gaat halen.
De top zelf voelt echt als een overwinning. Iets waar je later in het bejaardenhuis nog steeds vol trots aan terug kunt denken. Nu nemen we eindelijk de tijd om rond te kijken. De top van Mt. Meru steekt verderop uit de wolken en we zien de gletsjers lager op de berg liggen.
Afzien onderweg
De top!
Naar beneden
De dag is nog niet voorbij, nu moeten we nog terug naar beneden. Door de vermoeidheid en grind dat begint te ontdooien, is blijven staan een uitdaging. We stoppen bij Kibo en slapen een uurtje om daarna verder terug te lopen naar Horombo waar we om 17:00 uur aankomen.
De laatste dag terug naar de Gate is dan weer heel relaxt. Alle tijd om na te praten met alle andere klimmers.
We zijn het er allemaal over eens dit is een ervaring om nooit te vergeten!